9. Groene en leefbare stad
Gent transformeren naar een plek waar het gezond en aangenaam leven is, vraagt om visie en daadkracht. Als stad zijn we mee verantwoordelijk voor het opvangen van de effecten van klimaatverandering en burgers bewust te maken van de natuur in en rond Gent. We bouwen aan een netwerk van topnatuur rond Gent. We zorgen voor een stad waar groen en natuur elkaar aanvullen om elke buurt aangenamer te maken. Met een beleid dat afval zo veel mogelijk voorkomt, hergebruikt en recycleert. We streven naar een coherente aanpak voor zuivere lucht, propere bodem en minder lawaai. Daarnaast ondersteunen we duurzame landbouw en voeding. Zo bouwen we samen aan een groene en leefbare stad.
Wat wij willen
1. Een netwerk van topnatuur rond Gent
- We bouwen de Gentbrugse Meersen verder uit, als ‘Gents Zwin’ en maken er de toegangspoort van naar het Nationaal Park Scheldevallei.
- We realiseren versneld het Wonderwoud als broodnodige groenpool voor het noordoosten van Gent. We zorgen daar voor 75 hectare bijkomend bosgebied.
- Het Parkbos werken we af als volwaardige groenpool.
- De Vinderhoutse bossen worden aangevuld met 250 hectare bijkomend bos.
- We versnellen de realisatie van het natuurpark Levende Leie.
- We wapenen ons tegen extreme weersomstandigheden als gevolg van de klimaatverandering, door de valleigebieden rond Gent te herstellen en meer water te laten opnemen.
- We maken de natuur zo kwalitatief mogelijk door in te zetten op biodiversiteit, vernatting, extra hagen, poelen, bloemrijke bermen en monumentale bomen.
- We geven 1 euro per Gentenaar per jaar uit om het natuurbeleid te financieren. Zo verhogen we de aankoopsubsidies voor natuur naar 150.000 euro per jaar.
- Samen met Natuurpunt en North Sea Port zorgt de Stad Gent voor topnatuur en duurzame mobiliteit in de haven. In het havengebied maken we werk van toegankelijke groenklimaatassen en goed werkend openbaar vervoer om duurzame mobiliteit voor woon-werkverkeer te stimuleren.
- De resterende groenklimaatassen worden gerealiseerd tegen 2030. Deze fietsverbindingen motiveren de Gentenaars om zich duurzaam te verplaatsen in een veilige, aangename en groene omgeving die de natuurgebieden met elkaar verbindt.
- De ambities uit het Ruimtelijk Structuurplan van 2003 in verband met de uitbreiding van het bosbestand en natuurgebieden moeten nog steeds nagestreefd worden. We maken daar werk van.
Meer achtergrondinformatie
Natuurgebieden zorgen voor de nodige rust en helpen de desastreuze gevolgen van de klimaatopwarming op te vangen. We wapenen ons tegen extreme weersomstandigheden als gevolg van de klimaatverandering door de valleigebieden rond Gent te herstellen en meer water te laten opnemen.
In de directe omgeving van Gent zijn er jammer genoeg maar weinig grote natuurgebieden. Dat probleem zien we vooral in het noorden en noordoosten van onze stad, waar voornamelijk grote industrie de boventoon voert. Toch zijn hier kansen voor meer natuur. De Gentbrugse Meersen bouwen we verder uit als getijdengebied, aansluitend op de Schelde, die fungeert als toegangspoort naar het Nationaal Park Scheldevallei.
We ontwikkelen Wonderwoud bij Oostakker de komende legislatuur verder met 76 hectare bijkomend bos. We werken het Parkbos af als volwaardige groenpool. Ook de Vinderhoutse bossen verdienen een uitbreiding. Daar willen we 250 hectare bijkomend bos. We versnellen de realisatie van het natuurpark Levende Leie.
We maken de Gentse natuur zo kwalitatief mogelijk en zetten daarbij in op biodiversiteit, vernatting, extra hagen, poelen, bloemrijke bermen en monumentale bomen.
We beschermen maximaal bestaande bomen en bossen die niet in een groene bestemming liggen, bijvoorbeeld omdat ze geen deel uitmaken van een groenpool of omdat ze zonevreemd zijn. De Stad moet ervoor zorgen dat ontbossing sterker ontraden wordt. De bosbehoudsbijdrage moet een stuk hoger liggen dan het Vlaamse gemiddelde. We maken een strikt onderscheid tussen compensatiebos, waarbij geschikte streekeigen soorten gebruikt worden, en de bestaande engagementen voor extra bos.
Om dit te financieren, voorzien we 1 euro per Gentenaar per jaar. Zo verhogen we de aankoopsubsidies voor natuur naar 150.000 euro per jaar.
Het havengebied biedt door zijn open ruimte veel mogelijkheden voor extra natuur en duurzame mobiliteit. De uitdagingen zijn groot in de haven. De switch naar meer natuur en duurzame mobiliteit in een uitgestrekt en veelgebruikt gebied als de haven, vraagt ambitie. De Stad Gent geeft hierbij het goede voorbeeld met een breed gedragen visie die Vlaanderen kan inspireren om op grotere schaal uit te rollen.
Daarom kiezen we ervoor om samen met Natuurpunt, North Sea Port en andere relevante stakeholders, zoals werknemersorganisaties, een visie te ontwikkelen voor topnatuur en duurzame mobiliteit in het havengebied. Zo maken we in het havengebied werk van bijkomende natuur, toegankelijke groenklimaatassen en goed werkend openbaar vervoer dat mensen motiveert om de overstap naar duurzame mobiliteit te maken voor woon-werkverkeer. Het treinspoor tussen Gent en Zelzate stellen we opnieuw open voor passagiersvervoer. Daardoor zal het autoverkeer in de haven dalen met tienduizend verplaatsingen per dag.
Ook de resterende groenklimaatassen worden gerealiseerd tegen 2030. Deze fietsverbindingen motiveren de Gentenaars op een positieve manier om zich duurzaam te verplaatsen in een veilige, aangename en groene omgeving, die de natuurgebieden met elkaar verbindt.
2. Groen in elke buurt
- We hanteren de 3-30-300-regel als groennorm: iedere woning moet uitkijken op drie bomen, iedere wijk moet voor 30% bedekt zijn met boomkruinen en iedere Gentenaar moet op maximaal 300 meter een park of natuurgebied kunnen bereiken.
- De 3-30-300-regel wordt verplicht bij grote ontwikkelingsprojecten.
- We starten een ‘TuinCentrale’ op. Deze nieuwe centrale geeft Gentenaars advies om bij te dragen aan de groeiende biodiversiteit in onze stad. Dat kan onder de vorm van gedeelde tuinen, aanplanting van geveltuintjes of extra bomen op privéterrein.
- De Stad stimuleert natuurlijke tuinen en koppelt dit aan verbouwadvies, met campagnes voor de meest biodiverse- en klimaatadaptieve tuinen.
- De Stad zorgt voor een gratis en vlotte ophaling van kleine hoeveelheden steenpuin, en voor het leveren van grond bij straat- of buurtaanpak.
- We streven naar een halve meter haag per Gentenaar.
- We gaan actief te werk met het Gentse soortenplan en maken dit bekender zodat de Gentenaars zich bewuster worden van de bestaande en te beschermen biodiversiteit in het stedelijk weefsel.
- Iedere wijk kiest een ‘koestersoort’, met bijhorende sensibiliserings- en beschermingsacties.
- We hanteren het principe van ‘verhardingsneutraliteit’: bij nieuwe verharding zal elders onthard moeten worden. Het stadsbestuur geeft hierbij het goede voorbeeld. De openbare ruimte wordt zoveel mogelijk onthard en vergroend. We kijken hiervoor ook naar bijvoorbeeld stadsscholen.
- We investeren in groen in elke buurt. We besteden 10% van de stedelijke investeringsbegroting aan ruimtelijke ingrepen zoals aankoop en aanleg van openbaar groen en natuur.
Meer achtergrondinformatie
De 3-30-300-regel wordt de norm voor de vergroening van onze stad. Deze term van professor Konijnendijk is een handige indicatie van hoe een ideale groene omgeving er moet uitzien: iedere woning moet uitkijken op drie bomen, iedere wijk moet voor 30% bedekt zijn met boomkruinen en iedere Gentenaar moet op maximaal 300 meter een park of natuurgebied kunnen bereiken.
De afgelopen legislatuur werd er - terecht - ingezet op toegankelijk groen op wijkniveau (de ‘300’ van de regel). Enkel in het buitengebied, vooral in het noorden, is de natuur minder toegankelijk. Dit is verrassend, gezien de grotere hoeveelheid open ruimte. Die open ruimte bestaat echter vaak uit landbouwgebied, dat niet altijd toegankelijk is voor het publiek. Dit moet veranderen, zoals eerder besproken.
Op het vlak van bomen in het straatbeeld (de ‘3’ en de ‘30’ van de regel) kan Gent véél beter.
33% van de gebouwen in Gent zou volgens Natuurpunt en het Gents Milieufront (GMF) al zicht hebben op drie grote bomen in een straal van 25 meter. Maar de verschillen tussen de wijken zouden zeer groot zijn: “In Ledeberg, Sluizeken-Tolhuis-Ham en Muide-Meulestede kijkt respectievelijk slechts 10, 11 en 14 procent van de inwoners of werknemers uit op drie bomen. Mariakerke, Drongen en Sint-Denijs-Westrem/Afsnee scoren het hoogst, met respectievelijk 53, 54 en 72 procent.”
Ook wat de boomkruinbedekking (de ‘30’ van de regel) van de wijken betreft, is er maar 5% van de wijken die de doelstelling behaalt, aldus Natuurpunt en GMF: “Bovendien zijn de boomkruinen in Gent ongelijk verdeeld. In de centrumwijken zien we een boomkruinbedekking van rond de 10 procent, de meer residentiële buitenwijken halen vaak meer dan 20 procent bedekking.”
Met de PVDA gaan we graag de uitdaging aan om de ‘3-30-300’-regel realiteit te maken in Gent. De ‘3-30-300’-regel dwingen we af bij grote ontwikkelingsprojecten in onze stad.
Verder zal de Stad een stimulerend beleid voeren voor meer natuurlijke tuinen en dit koppelen aan verbouwadvies. We voeren daarbij campagne voor de meest biodiverse- en klimaatadaptieve tuinen.
Om deze ambitie te realiseren starten we een stedelijke ‘TuinCentrale’ op. Deze nieuwe centrale geeft Gentenaars advies om bij te dragen aan de groeiende biodiversiteit in onze stad. Dit kan door middel van gedeelde tuinen en de aanleg van geveltuintjes. Of, zoals we met de PVDA in Zelzate al deden, door extra bomen op privéterreinen aan te planten en zo de boomkruinbedekking van wijken mee te verhogen. Daarnaast zal de ‘TuinCentrale’ zorgen voor een halve meter haag per Gentenaar.
De Stad zorgt voor een gratis en vlotte ophaling van kleine hoeveelheden steenpuin, en levert, in het geval van een straat- of buurtaanpak, de nodige grond.
Daarnaast merken we dat 41% van de oppervlakte in Gent is verhard, en elk jaar komt er verharding bij zonder de nodige compensatie. We hanteren het principe van ‘verhardingsneutraliteit’ om dit aan te pakken: bij nieuwe verharding zal elders onthard moeten worden. Het stadsbestuur geeft hierbij het goede voorbeeld. Het openbaar domein wordt zoveel mogelijk onthard en vergroend om ons te wapenen tegen extreme weersomstandigheden. We kijken hiervoor ook naar bijvoorbeeld stadsscholen.
Tot slot zetten we actief in op het Gentse soortenplan en vergroten we de bekendheid ervan bij de bevolking, zodat Gentenaars zich meer bewust worden van de bestaande biodiversiteit in het stedelijk weefsel die beschermd moet worden. Elke wijk kiest een ‘koestersoort’. Deze koppelen we samen met de buurtbewoners aan sensibiliserings- en beschermingsacties.
3. Natuur voor iedereen
- De Stad bouwt natuurcentrum Jan Hublé aan de Bourgoyen-Ossemeersen verder uit tot een toegankelijk bezoekerscentrum dat de Gentenaars en bezoekers informeert over natuur in en rond Gent.
- We ondersteunen en leiden vrijwilligers op tot ‘Natuurambassadeurs’ in samenwerking met Natuurpunt. Als drijvende kracht achter het natuurcentrum verwelkomen en informeren ze bezoekers.
- Samen met Natuurpunt organiseren we laagdrempelige projecten om bepaalde, meer kwetsbare doelgroepen te betrekken bij de werking van natuurbeheer.
- Een groene omgeving zorgt voor rust en draagt bij aan de gezondheid. We zorgen voor extra ‘zorggroen’ in buurten rond woonzorgcentra, ziekenhuizen en zorginstellingen.
- We stimuleren scholen om met elke klas één keer per maand naar een natuurgebied te gaan en twee keer per jaar een Gentse groenpool te bezoeken. Op die manier maken we kinderen en jongeren bewust van de natuur in en rond Gent.
- Speelplaatsen worden groen en natuurinclusief ingericht, met extra speelnatuur en groen in en rond scholen.
- Er moet gespeeld kunnen worden in openbare groenzones. De Stad zorgt voor de nodige speelruimte.
Meer achtergrondinformatie
De Stad bouwt natuurcentrum Jan Hublé aan de Bourgoyen-Ossemeersen uit tot een toegankelijk bezoekerscentrum dat de Gentenaars en bezoekers informeert over natuur in en rond Gent. In samenwerking met Natuurpunt ondersteunen we en leiden we vrijwilligers op tot ‘Natuurambassadeurs’. Ze zijn de drijvende kracht achter het natuurcentrum, en verwelkomen en informeren bezoekers.
Samen met Natuurpunt organiseren we laagdrempelige projecten om bepaalde, meer kwetsbare doelgroepen te betrekken bij de werking van natuurbeheer.
Een groene omgeving zorgt voor rust en draagt bij aan de gezondheid. Daarom zorgen we voor extra ‘zorggroen’ in buurten rond woonzorgcentra, ziekenhuizen en zorginstellingen.
Om kinderen en jongeren bewust te laten worden van de natuur in en rond Gent, stimuleren we scholen om met iedere klas één keer per maand naar een natuurgebied te gaan en twee keer per jaar een Gentse groenpool te bezoeken. Deze educatieve natuuruitstappen zorgen voor een effectieve sensibilisering wat betreft natuur- en milieubescherming, kennis van adaptieve maatregelen bij klimaatverandering en dragen bij aan de educatie rond afvalbeleid.
Tot slot worden speelplaatsen groen en natuurinclusief ingericht. Zo wordt er extra speelnatuur en groen voorzien in en rond scholen. Ook moet er gespeeld kunnen worden in openbare groenzones. De Stad zorgt voor de nodige speelruimte in die ruimte.
4. Biologische en natuurinclusieve landbouw
- De Stad voert een sterk flankerend landbouwbeleid in het kader van het RUP Groen.
- We kiezen bewust voor natuurinclusieve landbouw en stimuleren boeren om maatregelen te nemen in het kader van soortenbescherming.
- We behouden het moratorium op de verkoop van OCMW-landbouwgronden, ook buiten Gent. Deze gronden worden actief ingezet als stadsboerderijen bij de uitvoering van de Gentse voedselstrategie. Agro-ecologische en natuurinclusieve landbouw zijn de norm op deze gronden.
- We evalueren de huidige voedselstrategie van de Stad samen met de Gentse Voedselraad en ijveren voor een opschaling van agro-ecologische en natuurinclusieve landbouwpraktijken in en rond Gent.
- Voedselverspilling wordt actief tegengegaan. We gaan hierbij in overleg met supermarkten en steunen initiatieven als ‘Let’s save food’ en ‘solidaire kruideniers’. We schalen deze initiatieven op.
Meer achtergrondinformatie
We behouden het moratorium op de verkoop van OCMW-landbouwgronden, ook buiten Gent. Deze gronden worden actief ingezet als stadsboerderijen bij de uitvoering van de Gentse voedselstrategie. Agro-ecologische en natuurinclusieve landbouw zijn de norm op deze gronden. Deze landbouwpraktijken zijn waardige ecologische én sociale alternatieven voor de grote, vervuilende, agro-business waarbij het grote geld het haalt van natuur, klimaat en sociale landbouw.
Daarom kiezen we bewust voor natuurinclusieve landbouw en stimuleren we boeren om maatregelen te nemen in het kader van soortenbescherming. We evalueren de huidige voedselstrategie samen met de Gentse Voedselraad en ijveren voor een opschaling van agro-ecologische en natuurinclusieve landbouwpraktijken in en rond Gent.
De Stad voert een sterk flankerend landbouwbeleid in het kader van het RUP Groen, waarbij boeren voldoende gecompenseerd worden bij de uitvoering van dit RUP.
Voedselverspilling wordt actief tegengegaan. We gaan in overleg met supermarkten en steunen initiatieven als ‘Let’s save food’. Ook versterken we het project van de solidaire kruideniers die werken met voedseloverschotten van supermarkten. We breiden deze initiatieven uit en zorgen voor een opschaling zodat gezonde voeding voor iedereen toegankelijk is.
5. Sluikstorten en zwerfvuil aanpakken
- We verlagen de tarieven van het recyclagepark naar het wettelijk minimum en dringen bij de Vlaamse regering aan om recyclageparken opnieuw gratis te maken.
- De Stad drijft de strijd tegen sluikstorten grondig op. We onderzoeken de achterliggende drijfveren en oorzaken, verhogen de pakkans en onderzoeken alternatieve straffen, zoals het verplicht helpen opruimen van afval.
- Er wordt meer geïnvesteerd in personeel van IVAGO en stadsdiensten om sluikstorten en zwerfvuil op te ruimen.
- We garanderen een 100% publiek afvalbedrijf. De Stad investeert in een nieuwe, hoogtechnologische afvalenergiecentrale met minimale impact op milieu en de luchtkwaliteit.
- Er komen opnieuw systematisch gratis ophaalrondes van grofvuil door IVAGO, minstens tweemaal per jaar
- De Stad lanceert een actieve sensibiliseringscampagne rond sluikstorten, bijvoorbeeld in wijken die het meest met het probleem kampen. We zorgen voor een intensieve vorming op scholen en meer vuilnisbakken op drukbezochte plaatsen zoals buurtparken.
- Parkwachters worden ingezet om mensen te sensibiliseren. Parken waar (opnieuw) barbecues zullen staan, krijgen hierbij bijzondere aandacht.
Meer achtergrondinformatie
De afvalberg verminderen, sorteren en recycleren zijn cruciale elementen als we het hebben over de algemene leefbaarheid in onze stad. Maar het huidige stadsbestuur heeft ervoor gekozen om de recyclageparken fors duurder te maken.
De PVDA gelooft dat de drempel voor een bezoek aan het recyclagepark alleen maar verhoogt. Daarom willen we de tarieven van het recyclagepark verlagen naar het wettelijk minimum, en dringen we bij de Vlaamse regering aan om recyclageparken opnieuw gratis te maken.
We drijven de strijd tegen sluikstorten grondig op. Eén van de belangrijkste partners in het bestrijden en verwerken van afval is natuurlijk IVAGO. Wij eisen garanties dat het bedrijf opnieuw volledig in publieke handen wordt genomen en dat ook blijft. Het bestuur van IVAGO moet worden gedemocratiseerd. Enkel als volwaardig burgerbedrijf, waarbij ook de werknemers inspraak krijgen, kan IVAGO zich volop inzetten voor afvalpreventie en de strijd tegen sluikstorten.
We onderzoeken de achterliggende drijfveren en oorzaken van sluikstorten, verhogen de pakkans en onderzoeken ook alternatieve straffen, waarbij mensen die betrapt worden op sluikstorten zelf afval moeten helpen opruimen.
Er zal meer geïnvesteerd moeten worden in het personeel van IVAGO en stadsdiensten die de Gentenaars sensibiliseren over sluikstorten en zwerfvuil. We lanceren een actieve sensibiliseringscampagne rond sluikstorten, bijvoorbeeld in wijken die het meest met het probleem kampen. We zorgen voor een intensieve vorming op scholen en er komen meer vuilnisbakken op drukbezochte plaatsen zoals buurtparken.
We willen ervoor zorgen dat er opnieuw systematisch gratis ophaalrondes van grofvuil komen door IVAGO, minstens tweemaal per jaar. Parkwachters en, waar mogelijk, buurtbewoners worden ingezet om mensen te sensibiliseren. Parken waar (opnieuw) barbecues zullen staan, krijgen hierbij bijzondere aandacht.
6. Af van het afval
- We houden vast aan de ‘Statiegeldalliantie’ en zetten zo druk op de Vlaamse regering om statiegeld in te voeren op blikjes en plastic flessen, zoals dat vandaag al voor glazen flessen bestaat.
- We zetten meer in op de circulaire economie en het hergebruik van grondstoffen.
- In elke wijk komt een kringwinkel die ook herstel- en deeldiensten, onder andere van gereedschap, organiseert. Elke wijk krijgt een hergebruik-, reparatie- en deelpunt.
- In containerparken worden experimenten gestart met de aanwezigheid van een kringloopwinkel. Waardevolle grondstoffen worden hergebruikt.
- Er wordt een analyse gemaakt van de waardevolle grondstoffen die aanwezig zijn in het afval dat de stad Gent elk jaar produceert. Op basis hiervan wordt zoveel mogelijk hergebruikt door middel van Urban Mining.
- We willen inzetten op de opmaak van een materialenpaspoort voor stadsgebouwen, zodat deze materialen later hergebruikt kunnen worden.
- We richten een Bouwbank op als een stedelijke dienst voor ondersteuning bij de sloop en renovatie van gebouwen. De Bouwbank dient ook als opslag voor gebruikte bouwmaterialen.
- In alle nieuwe projecten met meer dan twintig woningen komen er buurtcomposteerplekken. Ook elders wordt gemeenschappelijk composteren aangemoedigd, met als doel in elke wijk een compostpunt.
Meer achtergrondinformatie
We houden vast aan de ‘Statiegeldalliantie’ en zetten zo druk op de Vlaamse regering om statiegeld in te voeren op blikjes en plastic flessen, zoals dat vandaag al voor glazen flessen bestaat. We willen meer inzetten op de circulaire economie en het hergebruik van grondstoffen. In elke wijk komt een kringwinkel die ook herstel- en deeldiensten, onder andere van gereedschap, organiseert. Elke wijk krijgt een hergebruik-, reparatie- en deelpunt.
In containerparken worden experimenten gestart met de aanwezigheid van een kringloopwinkel. Waardevolle grondstoffen worden hergebruikt.
Er wordt een analyse gemaakt van de waardevolle grondstoffen die aanwezig zijn in het afval dat de stad Gent elk jaar produceert. Op basis hiervan wordt zoveel mogelijk hergebruikt door middel van Urban Mining. We willen inzetten op de opmaak van een materialenpaspoort voor stadsgebouwen, zodat deze materialen later hergebruikt kunnen worden.
We richten een Bouwbank op als een stedelijke dienst voor ondersteuning bij de sloop en renovatie van gebouwen. De Bouwbank dient ook als opslag voor gebruikte bouwmaterialen.
In alle nieuwe projecten met meer dan twintig woningen komen er buurtcomposteerplekken. Ook elders wordt gemeenschappelijk composteren aangemoedigd, met als doel in elke wijk een compostpunt.
7. Meer zuurstof, minder lawaai
- We brengen geluidshinder en stilteplekken in kaart, met extra aandacht voor natuurgebieden.
- We stellen een geïntegreerd ‘zuurstofplan’ op dat de vier grote bronnen van luchtvervuiling aanpakt: de industrie, het verkeer op de Ring en de snelwegen, de lokale uitstoot van auto’s en de huisverwarming.
- Het nieuwe stedelijke energiebedrijf zorgt voor de omschakeling naar hernieuwbare energie, weg van vervuilende centrales.
- We zoeken naar een duurzame oplossing voor het E17-viaduct boven Gentbrugge. We ondertunnelen de E17 en/of leiden het verkeer om via de (ondertunnelde) R4. In afwachting hiervan pakken we de lawaaihinder aan en leiden we het doorgaand vrachtverkeer nu al om via de R4. De fly-over aan het Zuidpark breken we af.
- Er wordt volop ingezet op gratis randparkings langs de R4, met een snelle en frequente verbinding van het openbaar vervoer naar het stadscentrum. Onderbezette parkeertorens in de buitenwijken binnen de R4, zoals in Ledeberg, worden gratis toegankelijk voor bewoners.
- We verplaatsen vrachtvervoer zo veel mogelijk van vrachtwagens naar het spoor en over het water.
- Door in fietsinfrastructuur te investeren en het openbaar vervoer uit te breiden en gratis te maken, geven we mensen een waardig alternatief voor de auto.
- Het treinspoor tussen Gent en Zelzate stellen we opnieuw open voor passagiersvervoer. Daardoor zal het autoverkeer in de haven dalen met tienduizend verplaatsingen per dag.
Meer achtergrondinformatie
De leefomgeving waarin we opgroeien, heeft een impact op onze gezondheid. We brengen geluidshinder en stilteplekken in kaart, met extra aandacht voor natuurgebieden. We brengen veranderingen aan waar nodig, zoals het ondertunnelen van de E17 om rust te brengen in de Gentbrugse Meersen.
We stellen een geïntegreerd luchtkwaliteitsplan op dat de vier grote bronnen van luchtvervuiling aanpakt: de industrie, het verkeer op de Ring en de snelwegen, de lokale uitstoot van auto’s en de huisverwarming. Het nieuwe stedelijke energiebedrijf zorgt voor de omschakeling naar hernieuwbare energie, weg van vervuilende centrales. De autosnelwegen die door de stad lopen worden afgebroken. We zoeken een duurzaam alternatief voor de E17. Dit kan door de E17 te ondertunnelen vóór de Schelde, zodat we de Gentbrugse Meersen kunnen verbinden tot een aaneengeschakeld natuurgebied zonder lawaaihinder, en/of door het verkeer om te leiden via de R4. We onderzoeken ook of we de R4 kunnen ondertunnelen. Een scenario waarbij het tracé van de E17 ofwel verlegd ofwel ondertunneld wordt, biedt de beste garanties op de leefbaarheid van Gentbrugge, het ontwikkelen van de natuur in de Meersen en het ontwikkelen van betaalbaar wonen in Gentbrugge.
In afwachting van een duurzame oplossing pakken we de lawaaihinder van de E17 aan en leiden we het doorgaand vrachtverkeer om via de R4. De fly-over aan het Zuidpark wordt afgebroken.
Er wordt volop ingezet op gratis randparkings langs de R4, met een snelle en frequente verbinding van het openbaar vervoer naar het stadscentrum. Onderbezette parkeertorens in de buitenwijken binnen de R4, zoals in Ledeberg, worden gratis toegankelijk voor bewoners.
We verplaatsen vrachtvervoer zo veel mogelijk van vrachtwagens naar het spoor en over het water.
Door in fietsinfrastructuur te investeren en het openbaar vervoer uit te breiden en gratis te maken, geven we mensen een waardig alternatief voor de auto.
Het treinspoor tussen Gent en Zelzate stellen we opnieuw open voor passagiersvervoer. Daardoor zal het autoverkeer in de haven dalen met tienduizend verplaatsingen per dag.